Arjan Samplonius is blij dat hij weer thuis is. De Nederlandse schaatscoach van Team Albert Heijn/Zaanlander was met zijn pupillen mee naar de World Cups in Salt Lake City en Calgary, maar lieten zich vooral op negatieve wijze aan hem zien. Bij terugkeer in Nederland laat Samplonius zijn frustraties de vrije loop.
Marijke Groenewoud en Elisa Dul degradeerden op afstanden naar de b-groep en alleen Jorrit Bergsma op de mass start in Amerika zorgde voor een mooie opbrengst voor het team. De rest was volgens Samplonius simpelweg niet goed genoeg. Komend weekend in Thialf moet het beter, al verwacht hij helemaal niks van zijn pupillen. "In Amerika reden ze niet naar wat ze konden. Dat was erg frustrerend. What the f#*k zijn jullie aan het doen? Dat heb ik soms tijdens trainingen gedacht, wanneer ik ze rondjes zag rijden. Ben ik daarvoor twee weken van huis gegaan? Dit doe ik niet voor m'n hobby!”, zegt hij in gesprek met schaatsen.nl.
World Cup in Thialf
Er zal echt uit een ander vaatje getapt moeten worden door de topnamen. Het scheelt dat Merel Conijn weer op het ijs staat om zich te meten met de internationale top. Zij sloeg de World Cups aan de andere kant van de wereld over. Maar omdat zij ook wedstrijdritme mist, verwacht Samplonius ook van haar niet bijster veel. Als er goede resultaten komen, dan is dat tegen de verwachtingen in van de kompaan van schaatscoach Jillert Anema.
'Dat neem ik hen kwalijk'
Samplonius voerde in Salt Lake City en Calgary harde gesprekken met de teleurstellende Dul en Tjerk de Boer. "Zij liepen gedwee naar de slachtbank, in plaats van ervoor te knokken. Dat nam ik hen kwalijk. Natuurlijk ben ik verantwoordelijk voor het programma, dus zodra ze allemaal slecht zijn mag je mij daarop afrekenen. Staan de rijders echter op het ijs voor de wedstrijd, dan is het aan de schaatsers zelf om hun ding te doen."
'Zo vond ik er niks aan'
Volgens Samplonius moet er ook weer niet te hard getrokken worden aan de slechte prestaties tijdens de opening van het schaatsseizoen. "We hadden er ook niet heen kunnen gaan. We hebben alle schaatsers van de ploeg gevraagd of ze wilden rijden. Degenen die zijn meegereisd, zagen het zitten. Wat er is geleverd, was echter niet goed genoeg. Ik vond er zo niks aan. Als we rijden, moeten we voor de prijzen meedoen. Daar is over gesproken, met iedereen. Ik twijfel er ook niet aan dat ze zo meteen weer in orde zullen zijn."
)