Nederlandse topshorttracker merkt verschil tussen hem en grootste concurrent: 'Dat doe ik niet'
i

Jens van 't Wout (links) met naast hem zijn grote Canadese concurrent William Dandjinou. © Getty Images

Nederlandse topshorttracker merkt verschil tussen hem en grootste concurrent: 'Dat doe ik niet'

07:43, 16-01-2025 / Laatste Update: 07:44, 16-01-2025

Jens van 't Wout heerste op de NK shorttrack afgelopen weekend. De 23-jarige Nederlander won de 500, 1000 en 1500 meter. Hij reist dus met een goed gevoel af naar de EK in het Duitse Dresden, waar de concurrentie niet groot is.

De Europese kampioenschappen ziet hij als een soort tussendoortje, als opwarmer voor de echte tests tijdens de World Tour met de Canadese veelvraat William Dandjinou.

"Ik zal blij zijn wanneer ik zaterdag of zondag op het EK goud win, omdat ik verleden jaar (gescheurde enkelband, red.) niets had", zegt hij bij Schaatsen.nl. "Maar een plak van die kleur omgehangen krijgen in de World Tour betekent meer voor me. Al blijft een Europees kampioenschap ook iets dat je graag op je erelijst hebt staan", geeft hij toe.

Weinig concurrentie

Op de NK was Van 't Wout alleenheerser. Zo schaatste hij zeven rondes voor het einde weg op de 1500 meter als een soort tijdrit voor zichzelf. "In de World Tour zou ik nooit zo rijden, want dan zou er totaal anders op worden gereageerd."

Op de EK zal er wat meer concurrentie zijn, al ziet de Nederlander zich wel als kandidaat voor de titels. Toch zit bij shorttrack een ongeluk in een klein hoekje. "Sta ik niet honderd procent scherp aan de start, dan kan ik zomaar worden ingehaald door iemand van wie ik dat niet had verwacht", aldus Van 't Wout.

William Dandjinou

De interessante ritten voor de Nederlander zijn die waar hij tegenover de Canadees Dandjinou staat. Hij domineert op de World Tour en kan de Crystal Globe voor de eindoverwinning al bijna niet meer ontgaan. Voor Van 't Wout is het met het oog op de Olympische Winterspelen in 2026 dus een kwestie van analyseren, spiegelen en verbeteren.

"William is conditioneel misschien niet eens beter dan ik, maar hij rijdt beter. Hij racet beter. Hij heeft de ballen om elke rit, ook wanneer hij compleet dood is in de laatste twee ronden, toch op kop te zitten. Dat doe ik niet. Ik moet van hem leren met ballen te racen, en dat kan door hem zoveel mogelijk op het ijs tegen te komen."