Angst wordt een steeds groter probleem in de wielersport. Het is ook de reden dat Louis Kitzki (21), ploeggenoot van Mathieu van der Poel, het einde van zijn profcarrière heeft aangekondigd. Toch is, hoe gek het misschien klinkt, angst ook noodzakelijk in het peloton.
Dat zegt wielerpsycholoog Jens Van Lier in gesprek met Sporza. Hij begeleidt veel renners die te maken hebben met angst en stress. De Duitse Kitzki besloot zijn wielerdroom op te geven vanwege de veiligheidsrisico's. "Na mijn deelname aan mijn laatste wedstrijd, de Giro Ciclistico Valle d’Aosta, en het daarmee gepaard gaande overlijden van Samuele Privitera, besloot ik een einde te maken aan mijn carrière als profwielrenner", zei hij.
De afgelopen twee jaar overleden vier jonge renners na een valpartij. Dat leidt tot grote zorgen in het peloton, merkt Van Lier. Veel renners kloppen bij hem aan voor professionele hulp. "Ze rijden met angst in het peloton nadat ze zelf gevallen waren of na het zien van een zware valpartij."
Gekkenhuis
De renners hopen vaak dat hun zorgen weggenomen kunnen worden. "Hun resultaten beginnen er ook onder te lijden en ze halen geen plezier meer uit de koers door angst en stress", vertelt Van Lier. Hij benadrukt echter dat het niet zijn doel is om de angst te verhelpen. "Want stel je voor dat renners zonder vrees op hun fiets zouden zitten, dan zouden we pas een gekkenhuis zien."
Wat hij wel doet is renners op een gepaste manier leren omgaan met hun angst. Er zijn verschillende manieren om dat aan te pakken. "In de eerste plaats proberen we de angst te normaliseren. Als je een afdaling doet op 2 smalle bandjes, is het logisch dat je bang bent. We proberen de renner/renster gerust te stellen dat die angst normaal is."
Daarnaast wordt er met mindfullnes en ademhalingsoefeningen gewerkt aan het verminderen van mentale en fysieke stress. "Maar net zoals die jonge Duitser zullen er ongetwijfeld nog renners stoppen door angst op de fiets."
Jonge renners
Van Lier merkt nog een extra reden op waarom meer en meer jonge renners tussen de 20 en 22 jaar afhaken. Ze moeten zich namelijk op steeds jongere leeftijd bewijzen. "Want als ze als 18-jarige geen resultaten rijden, zullen ze niet opgepikt worden door een profploeg. Daardoor nemen die jonge renners meer risico's en is de kans op ongevallen in koers groter. Dat kan dan weer de angst op de fiets aanwakkeren."
)