In de Premier League heeft regerend kampioen Liverpool een einde gemaakt aan een zeer slechte reeks. De ploeg van Jürgen Klopp is sowieso aan een rampseizoen bezig, maar won zaterdag ternauwernood van Aston Villa: 2-1.
Hierdoor mogen The Reds alsnog hopen op Champions League-voetbal. Na een knotsgekke wedstrijd zorgde verdediger Trent Alexander-Arnold voor een enorme opluchting door in blessuretijd van ruime afstand raak te schieten. Blijheid alom, maar dat was nodig ook.
Geen nieuwe Villa-stunt
Villa won eerder dit voetbalseizoen nog met 7-2 van Liverpool. Vlak voor rust trof Ollie Watkins doel voor 0-1 na een fout Alisson Becker. Liverpool had sinds 27 december niet meer op het Anfield-veld gescoord, en na de goal van Bobby Firmino nog stééds niet.
De ploeg had pech met de VAR. Firmino stond buitenspel! Een rebound-inzet van Mohamed Salah ging er na de pauze wel in, na een mooie aanval. Via Trézéguet was Villa dicht bij de 1-2, maar via de notabene onder de loep liggende Alexander-Arnold trok Liverpool de driepunter en dus de 1e thuiszege in 4 maanden naar zich toe. Liverpool staat 4e.