Van Riessen maakt stappen als baanwielrenster

Van Riessen maakt stappen als baanwielrenster

admin • 18:11, 07-10-2015 / Laatste Update: 11:07, 07-08-2024

Ze heeft een bronzen plak van de Winterspelen van Vancouver op zak. Maar terwijl het schaatsseizoen op uitbreken staat, bevindt Laurine van Riessen zich sinds het afgelopen voorjaar in een andere omgeving. Geen Collalbo of Inzell, maar Alkmaar of later dit jaar Nieuw-Zeeland.

De 28-jarige rechtenstudente uit Leiden begint volgende week woensdag op het EK baanwielrennen aan een avontuur dat moet leiden tot deelname aan de Spelen van Rio. Samen met Elis Ligtlee vormt ze een koppel op het onderdeel teamsprint.

Jan Bos en Jeroen Straathof deden het haar voor. Beide schaatsers waren op de Spelen van Athene in 2004 actief als baanwielrenner. ,,Het is een uitdaging'', vertelt ze kort voor een training op de piste van Alkmaar. ,,Ik ben dit traject ingegaan met Rio als doel. Nu volgt na een aantal testwedstrijden het eerste serieuze werk.''

Tussen 14 en 18 oktober zal ze op de snelle baan van het Zwitserse Grenchen ook op de sprint, keirin en 500 meter tijdrit uitkomen. Daarna volgen wereldbekers in Colombia en Nieuw-Zeeland.

Francesco Wessels, lid van het coachteam van sportkoepel NOC*NSF, attendeerde Van Riessen op testwedstrijden op de wielerbaan. Ze was nota bene volop in voorbereiding op het afgelopen schaatsseizoen en had pas één keer eerder op een baanfiets gezeten. ,,Ze zochten een starter voor de teamsprint. Met Elis (Ligtlee) hadden ze een goede maar zij kan juist hard doorrijden en is meer geschikt om het in het tweede rondje af te maken.''

Steeds beter

Met Shanne Braspennincx, tijdelijk afgehaakt na een hartinfarct, Yesna Rijkhoff en Kyra Lamberink had ze drie concurrenten maar voorlopig is de keuze van bondscoach René Wolff gevallen op Van Riessen die zich steeds weer verbetert. ,,Een paar weken geleden werden we in Bordeaux tweede achter een sterk Brits team. Daar opende ik in 19,5. Daarna heb ik in Alkmaar al 19,2 gereden over de 250 meter met staande start. Ik moet nu in serieuze wedstrijden stappen maken. Elis heeft volgens mij 18,7 als snelste tijd.'' Op de individuele onderdelen is het wennen. ,,Op de weg heb ik vaker gefietst en weet ik hoe je iemand in de sprint passeert. Op de baan komt daar meer bij kijken. Ik kan best hard fietsen maar dan begin ik te laat of dan weer te vroeg. Dat zal ik de komende tijd moeten leren.''

Best gek, erkent ze, dat haar vroegere collega's hun eerste wedstrijden schaatsen terwijl zij op de fiets zit. ,,Je ziet her en der weer tijden voorbijkomen. Het was tien jaar mijn wereld maar nu doe ik even iets anders. Al ben ik wel van plan terug te keren als schaatsster.''