Lucas Andersen is volgens data-analyse de beste optie voor de nummer 10-positie van Ajax. De Deen kende vorig seizoen ogenschijnlijk een slecht jaar, maar de statistieken vertellen een heel ander verhaal. Vraag blijft of hij een nieuwe kans krijgt.
Na de komst van Nemanja Gudelj naar Ajax was Lucas Andersen de eerste die moest vrezen om zijn plek. De Deense middenvelder moest afgelopen seizoen definitief doorbreken in het eerste elftal van de Amsterdammers, maar wist vanuit een nieuwe positie (links centraal op het middenveld) alles behalve te imponeren. Het spel wordt vertraagd en zo heeft de tegenstander alleen maar meer tijd om zich goed te positioneren.
Sterspeler
Ajax blonk uit in ééntonigheid afgelopen seizoen met het tikkie-breed-balletje-terug-voetbal en Andersen beheerste dat spelletje als de beste. Als enige op het Ajax-middenveld van vorig seizoen speelde hij de bal vaker terug dan vooruit, wat onder meer leidde tot het trage voetbal wat Ajax vooral in de tweede helft van vorig seizoen op de mat legde.
Gezichtsbedrog
Daarmee lijken de harde woorden van de buitenwereld aan het adres van Andersen terecht, maar schijn bedriegt. Ja: Andersen passt de bal vaak terug, maar het feit dat hij als rechtspoot aan de linkerkant van het veld vaak terug moet draaien om de bal goed voor zijn voeten te krijgen, wordt vaak over het hoofd gezien.
En daarbij: áls Andersen offensief denkt, weet hij met zijn passing zijn medespelers het vaakst in stelling te brengen van alle spelers die op dit moment (Gudelj, Andersen, Sinkgraven, Klaassen, Bazoer, Serero) strijden om een plek op het middenrif. Alleen Daley Sinkgraven doet het op basis passing/assists beter dan de 20-jarige Deen, die vorig seizoen alleen Bazoer vaker een succesvolle actie ziet maken.
Nieuwe kans
Andersen speelde vorig seizoen op het oog een mager seizoen, maar de statistieken vertellen dus een ander verhaal. Verdient hij een nieuwe kans? Ja, maar dan wel achter de spitsen. Als Andersen een linie naar voren schuift, komen zijn kwaliteit (passing en actie) nog beter tot zijn recht omdat hij dichter bij het vijandige doel staat en zal hij ook offensiever gaan spelen. Dan is ook zijn schotprecisie (11% schoten buiten zestienmetergebied wordt doelpunt, 13% van schoten binnen het zestienmetergebied wordt doelpunt) van belang. Daar schaart Andersen zich in ieder geval bij de drie beste middenvelders van Ajax.
Toch blijft het de vraag of Andersen die nieuwe kans krijgt. De concurrentie op het middenveld is moordend, helemaal omdat ook Lasse Schöne aanspraak maakt op de nummer tien positie. Eerder speelde ook Sinkgraven al achter de spitsen. Andersen verlengde zijn contract onlangs tot de zomer van 2018, maar moet dit seizoen zijn lot bepalen. De nummer tien positie lijkt zijn laatste houvast: zowel als flankenspeler als centrale middenvelder zakte Andersen door de ondergrens heen.