Als ik aan Steven Gerrard denk, gaan mijn gedachten al snel naar een paar van zijn grote generatiegenoten. David Beckham, Ronaldinho, Frank Lampard. Allemaal grote mannen die we als ‘wereldklasse’ bestempelen. Nu Gerrard gestopt is, vroeg ik me af of hij in dat rijtje thuishoorde.
Hoewel ‘wereldklasse’ een bijzonder vaag fenomeen in de voetbalwereld is, zijn gewonnen prijzen daarin vrij belangrijk. De prijzenkast van Gerrard puilt niet uit. Naast de loyaliteitsprijs voor zijn lange tijd bij Liverpool staan wat bekers, waaronder de Champions League en de UEFA Cup. Landkampioen werd Gerrard echter nooit.
Grote generatiegenoten als David Beckham, Ronaldinho en Frank Lampard hebben die titel wél op hun naam.
Al was landskampioen worden niet de oudste voetbaldroom van Gerrard. Als jonge jongen had hij de droom om ooit in het Liverpool-rood het kokende Anfield Road binnen te stappen. In totaal mocht Gerrard dik 700 keer - niet altijd op Anfield Road, natuurlijk - zijn stoutste droom beleven. In die tijd groeide hij volgens de Engelsen – en veel andere voetbalkenners met hen – uit tot één van de beste spelers van de wereld.
Op het moment dat Gerrard de Europese velden verlaat en voor LA Galaxy gaat voetballen, buffelde hij langzaam naar ons onderbewuste. We herinneren ons allemaal de fenomenale passes die tientallen meters verder op ‘de stropdas’ vielen en de strijdlust waaraan alleen Dirk Kuyt kon tippen.
Het teammonster wat er in Gerrard school en bij Liverpool perfect tot uiting kwam, tekende zijn loopbaan. Stevie G had misschien niet de uitstraling van David Beckham of de dribbels van Ronaldinho. Het geluk om in een koopgraag team als Chelsea te spelen (zoals Lampard), had hij zéker niet.
Of ja, niet bij Liverpool – Gerrard werd in het verleden onder meer bij Chelsea genoemd. Aan de andere kant: dat Gerrard slechts 3 shirts droeg tijdens zijn carrière (Liverpool, Engeland en LA Galaxy), kan bijna geen voetballer met zijn prijzenkast hem navertellen.
Misschien was Gerrard juist daarom van wereldklasse.