Alle voetbalclubs uit de eredivisie en de Jupiler League vergaderen dinsdag over de veelbesproken nieuwe competitie-opzet, in te voeren vanaf het seizoen 2018/19. In Wageningen komen ze bijeen voor een op voorhand beladen overleg.
Doel is een gezamenlijk standpunt te formuleren over de toekomst van het Nederlandse profvoetbal. Daarbij is een eredivisiemodel met 16 clubs het meest heikele thema: de verdeeldheid erover is groot en de vraag wordt of dat plan wel reëel draagvlak heeft. Ook worden mogelijke play-offs, de promotie-degradatieregeling en aanverwante zaken besproken.
'Perspectief verschilt per club'
,,Bedoeling is vooral om nu een goed beeld te krijgen van wat haalbaar is, en wat zeker niet'', aldus directeur Jacco Swart van de Eredivisie NV. ,,Het perspectief verschilt per club, dat weten we, en het heeft geen zin een doodlopende weg te bewandelen. Maar tegelijk gooien we ook niet nu al alle deuren dicht.''
Voorbeeld van Belgische play-offs
Het succes van het Belgische play-offmodel is inmiddels een soort leidraad geworden in de discussie. Daar werd de hoogste klasse in 2009 teruggebracht tot 16 clubs, waarna 6 clubs in een kampioenspoule uitmaken wie de titel wint. Sindsdien presteerden Belgische clubs steeds beter in Europa en de tv-inkomsten stegen significant.
Weerstand
Mogelijk blijkt al dat de weerstand zo groot is, dat een akkoord op voorhand onmogelijk is. Groter is de kans is dat er 2 potentiële modellen - eentje met 18 en eentje met 16 clubs - verser worden uitgewerkt en becijferd. Cruciaal wordt daarbij de financiële compensatie voor clubs die de dupe kunnen worden.