De Tour de France van Thymen Arensman is met twee ritzeges al lang en breed geslaagd. De Tour-debutant van INEOS Grenadiers kwam vrijdag voor Tadej Pogacar en Jonas Vingegaard over de finish en maakt nu kans op een bijzondere prijs.
Waar Arensman de eerste keer nog uit de vlucht het sterkste was, liet hij het gisteren zien tussen 'de aliens' van deze Tour de France. Met Pogacar en Vingegaard in zijn wiel sprong hij weg en hoewel het tweetal het gat steeds kleiner maakten, bleef de Nederlander hen voor. Daarmee won Arensman niet alleen de veertiende etappe deze Tour, maar ook de negentiende.
Opnieuw in de prijzen?
Naast zijn twee ritzeges valt Arensman op doordat hij veel in de aanval rijdt deze Tour. Dat kan hem weleens een volgende succesje opleveren. De organisatie van de Ronde van Frankrijk heeft de Nederlander genomineerd voor de prijs van 'super-combative', de beste aanvaller van de Tour.
Elke dag wordt er een prijs uitgedeeld aan de meest aanvalslustige renner van de dag. Deze won Arensman ook al eens deze Tour. De 'super-combative' is voor de renner die over de hele drie weken het meest in de aanval was. Men kan op het X-account van de Tour de France hun favoriet retweeten, maar er kijkt ook nog een jury naar de acht renners. Naast Arensman zijn Tim Wellens, Michael Storer, Quinn Simmons, Jordan Jegat, Ben Healy, Jonas Abrahamsen en Bruno Armirail genomineerd voor de prijs.
Nederlandse voorgangers
Vorig jaar was Richard Carapaz de gelukkige winnaar van de prijs. De eerste keer dat de 'super-combative' uitgereikt werd, was in 1953. Toen ging er een Nederlander met de winst vandoor: Wout Wagtmans was de eerste winnaar van de prijs voor de beste aanvaller van de Tour.
Naast Wagtmans wonnen er nog vier Nederlanders de prijs voor de meest aanvalslustige renner van de Tour. Arensman kan in een mooi rijtje terecht komen met Gerrie Knetemann, Hennie Kuiper, Maarten Ducrot en Erik Dekker. Laatstgenoemde won de prijs in 2000 en kan dus na 25 jaar een Nederlandse opvolger krijgen.
)