Deze 9 renners gingen Dumoulin voor op het podium van een grote ronde
i

anp

Deze 9 renners gingen Dumoulin voor op het podium van een grote ronde

admin • 00:01, 29-05-2017 / Laatste Update: 17:51, 12-12-2023

Wat een onvergetelijke dag was het zeg. Tom Dumoulin heeft gewoon de Giro gewonnen! Nog nooit won een Nederlander de Ronde van Italië. Het is sowieso pas de 5e keer dat een landgenoot een grote ronde weet te winnen. Dat Dumoulin überhaupt op het podium staat van een van de 3 grote rondes is al vrij uniek. Slechts 9 Nederlandse renners gingen hem voor:

Joop Zoetemelk – 8 ( Tour de France (7 keer), Vuelta (1 keer)

Joop Zoetemelk is waarschijnlijk de bekendste Nederlandse podiumrijder uit de historie. Acht keer stond Zoetemelk op een van de drie hoogste trede van het podium in een grote ronde. Onvergetelijk is natuurlijk zijn overwinning van de Tour de France in 1980. De zes keer dat hij als tweede Parijs binnen reed, waardoor hij de bijnaam ‘De Eeuwige Tweede’ vergaarde, moeten we helaas ook vermelden. 1979 was het productiefste ‘podiumjaar’ voor de inmiddels 70-jarige Zoetemelk. Toen pakte hij naast het zilver in de Tour ook de eindoverwinning in de Vuelta.

Jan Janssen - 3 (Tour de France (2 keer), Vuelta (1 keer)

Jan Janssen maakte tussen 1964 al naam door wereldkampioen te worden en de groene sprinterstrui naar Parijs te brengen. De nu 77-jarige Janssen ontwikkelde zich sindsdien van sprinter tot een completere renner, met het zilver in de Tour de France van 1966 als resultaat. In de twee jaar daarna schreef hij historie door als eerste Nederlander de Vuelta (1967) en de Tour (1968) op zijn naam te schrijven.

Erik Breukink – 3 (Giro d’Italia (2 keer), Tour de France (1 keer)

Erik Breukink was in 1990 met zijn 3e plaats in de Tour de France de laatste Nederlander die op het podium stond van een grote ronde. Drie jaar eerder had Breukink zijn eerste podiumplaats opgeëist met de derde plek in de Giro om een jaar later nog een trede hoger te staan. Breukink was overigens hard op weg om in 1989 ook de hoogste trede te bestijgen, ware het niet dat een hongerklop tijdens de beklimming van de Campolongo in de Dolomieten hem te veel tijd én de roze trui kostte. Breukink eindigde op plek vier.

Hennie Kuiper – 2 (Tour de France (2 keer)

Hennie Kuiper werd in 1975 wereldkampioen op de weg en maakte dat jaar ook zijn debuut in de Tour de France met een elfde plek in het eindklassement. Twee jaar later stond hij op de een-na-hoogste trede. In 1979 eindigde hij net een plaats buiten het podium om in 1980 wederom als tweede in Parijs te eindigen, op zes minuten en 55 seconden van winnaar Joop Zoetemelk. Opvallend is dat Kuiper zijn twee zilveren medailles won zonder ook maar één dag in het geel te rijden.

Johan van der Velde – 1 (Tour de France)

Johan van der Velde was een begenadigd klimmer, maar had te vaak last van een mindere dag om echt mee te strijden voor een plaats op het podium. Zo eindigde Van der Velde eigenlijk steevast op een plek buiten de top tien in de Tour. Tot 1982, toen de inmiddels 70-jarige Van der Velde prompt het brons naar Parijs bracht. Zijn enige podiumplek in een grote ronde uit zijn carrière.

Peter Winnen - 1 (Tour de France)

Peter Winnen debuteerde in 1981 in de Tour de France en baarde direct opzien met een ritoverwinning op de Alphe d’Huez en een vijfde plaats in het algemeen klassement. Na een vierde plaats een jaar later was het in 1983 wel raak voor Winnen. Later verklaarde de nu 59-jarige oud-renner dat er meer in had gezeten dan die derde plaats, zijn beste prestatie ooit in een grote ronde. Een zware bronchitis en het gebrek aan vertrouwen van ploegleider Peter Post zouden de omstandigheden om te koersen in 1983 niet ideaal hebben gemaakt.

Steven Rooks – 1 (Tour de France)

Steven Rooks behaalde in 1988 zijn grootste succes in de Tour door ruim zeven minuten achter Pedro Delgado als tweede Parijs binnen te rijden en als eerste Nederlander het bergklassement te winnen. Een redelijk opvallende prestatie, want Rooks moest in zijn eerste jaren als profwielrenner in grote rondes vaker opgeven dan dat hij ze uitreed. In 1999 gaf Rooks toe dat hij gedurende zijn carrière veel doping gebruikt had.

Rini Wagtmans – 1 (Vuelta a España)

Het is eeuwig zonde dat Rini Wagtmans in 1972 door hartproblemen zijn carrière vroegtijdig moest beëindigen. Wagtmans maakte in 1968 zijn debuut als renner en verraste een jaar later door derde te worden in de Ronde van Spanje. Weer een jaargang later leek hij op weg om die prestatie te verbeteren, maar moest hij met twee etappezeges op zak opgeven.

Jan Lambrichs – 1 (Vuelta a España)

Nadat Jan Lambrichs in 1939 voor het eerst deelnam aan de Tour de France en achtste werd, werden zijn ambities door de Tweede Wereldoorlog een halt toegeroepen. Het eerste jaar na de overgave van de Duitsers pakte Lambrichs prompt de bronzen medaille in de Vuelta, de eerste Nederlandse medaille in een grote ronde. Het was meteen de laatste grote ronde uitreed.