)
)
)
)
)
)
Parijs-Roubaix staat zondag op het programma. Niki Terpstra won de koers in 2014 al, en wil dat kunstje graag nog eens herhalen. Tegelijkertijd wil ook ploegmaat Gilbert voor de winst gaan, en is Quick-step-baas Lefevre blij dat de concurrerende ploegen ondertussen wel klaar zijn met de dominante ploeg vol klassiekerspecialisten.
Niki Terpstra kijkt uit naar aankomende zondag. Nadat hij de Ronde van Vlaanderen al won, wil hij nu ook graag De Hel van het Noorden weer op zijn naam schrijven. "Ik zit vol vertrouwen. Dat kan ook niet anders. Dit is mijn favoriete koers. Het ligt me normaal nog beter dan de Ronde. Ik hoop dat de vorm er nog is en dat die niet in Oudenaarde is gebleven", zegt de renner tegenover Sporza.
Of hij dan ook dé favoriet is voor de winst, wilde de renner nog niet kwijt: "Ik ben een van de favorieten. Er is een hele lange lijst. We mogen niet te euforisch worden want voor de concurrentie is dit ook weer een nieuwe kans. Ik heb alleszins nog geen liedje in mijn hoofd voor het geval ik win."
Gilbert: ploeggenoot en concurrent Terpstra
Behalve Terpstra, heeft Quick-Step met Philippe Gilbert nog een kopman in het team. "Ik ben blij dat het bijna zover is. De vorm is nog uitstekend. Ik was heel goed in de Ronde en het zijn meestal dezelfde renners die in Roubaix de koers maken. Dat is goed voor het vertrouwen. Ik zal meekunnen."
De 35-jarige veelwinnaar reed Parijs-Roubaix pas 1 keer, in 2007, en eindigde toen als 52e."Het is de 1ste keer dat Roubaix echt mijn doel is. Ik wil eens kijken of ik kan meedoen voor de overwinning. Ik heb zelf niet zoveel ervaring hier, maar ik heb veel ervaring rond mij in het team, in de auto en op de fiets. Ik vertrouw mijn ploeg"
'De concurrentie begint ons te haten'
Het voorjaar verloopt voor Quick-Step meer dan goed. De grote baas van de ploeg, Patrick Lefevre, is tevreden: "We zijn in absolute topvorm. Hopelijk kunnen we dat nog even aanhouden. De concurrentie begint ons stilaan te haten. Dat is normaal. Hoe meer ze ons haten, hoe meer fouten ze zullen maken."
Maar zijn eigen renners moeten vooral scherp blijven, benadrukt hij. "De wegen liggen er slecht bij. In iedere bocht schuilt gevaar. We moeten proberen om meer dan 200 kilometer alert en geconcentreerd te zijn." Dat er binnen de ploeg misschien teveel concurrente is, maakt hij zich geen zorgen over. "Het is een luxeprobleem. Als je met één kopman naar Roubaix gaat en er gebeurt iets, dan heb je niets over."
)
)
)
)
)
)
)
)