Cristiano Ronaldo geeft toe dat hij liever naar boksen en MMA kijkt dan naar voetbal

Martijn Baars • 19:37, 15-12-2020 / Laatste Update: 12:28, 08-01-2024

Cristiano Ronaldo mag dan 1 van de allergrootste voetballers aller tijden zijn, toch kijkt hij liever naar boksers en MMA’ers op televisie. De 35-jarige Portugees heeft het in een gesprek met streamingdienst DAZN ook over Roger Federer, de moeilijkste momenten in zijn leven én zijn emoties. "Wie zegt er dat mannen niet mogen huilen?"

Een blik op zijn Instagram zegt al veel. Cristiano met Floyd Mayweather. Met Anthony Joshua. Met Conor McGregor. Met Khabib. Ronaldo is een grote fan van boksen en Mixed Martial Arts (MMA) in het bijzonder. Het gaat zelfs zo ver dat hij liever naar een wedstrijd in de ring of de octagon kijkt dan op het groene gras. Een carrière als vechtjas overweegt hij dan weer niet, zo zegt CR7 er meteen bij in een interview met de Kazakse bokser Gennady Golovkin voor DAZN, een streamingdienst die zich in de markt wil zetten als de ‘Netflix van de sport’. Naast de rechten van de Serie A hebben ze in Italië ook die van het UFC, de koningsklasse van het MMA. 

'Je moet daarvoor geboren zijn'

"Voetbal is mijn passie, maar op televisie kijk ik liefst naar andere sporten”, aldus Ronaldo in de documentaire. "Als ik moet kiezen tussen een voetbalwedstrijd of een boks- of UFC-wedstrijd, kies ik voor dat 2e. Of ik zelf ooit bokser kan worden? Dat denk ik niet. Verschrikkelijk zwaar. Je moet daarvoor geboren zijn, met die gave. Dan denk ik eerder dat ik geboren ben om profvoetballer te worden. Dat had ik al snel door als jongere. Ik zei tegen mezelf: ‘Deze kans ga ik met twee handen grijpen.’"

'Prima training'

"Toen ik voor Manchester United speelde, was er wel een coach die met me sparde in de ring. Boksen is prima training. Het scherpt je intuïtie aan en doet je beter bewegen”, aldus Ronaldo, die ook inging op het verschil tussen de 2 sporten. "Boksen vind ik toch wat moeilijker. Je moet haast alles alleen doen. Je hebt wel een team rond je, maar dat is louter om te trainen. In de wedstrijd sta je er alleen voor. Dat is toch wat anders in het voetbal. Wanneer wij trainen, wordt er ook geregeld veel gelachen. Het is een andere soort van opoffering.”